Risicovollere obligatie­beleggingen herstellen

De obligatiemarkten hadden de wind flink in de zeilen dit kwartaal. Koersen stegen in alle categorieën als gevolg van dalende rentes en dalende risicopremies. De kapitaalmarktrente daalde verder doordat verschillende partijen de economische vooruitzichten voor Europa iets neerwaarts bijstelden. Obligatiebeleggingen in de modelportefeuille presteerden dit kwartaal goed.

Hoogrentende obligaties stijgen sterk

In de categorie hoogrentende obligaties was de daling van de risicopremie deels een correctie op de onverwachts sterke stijging in het vierde kwartaal. Risicopremie is een extra vergoeding die beleggers ontvangen op obligatiebeleggingen met meer risico. In het afgelopen kwartaal werden die risico's lager ingeschat. De risicopremie daalde onder andere doordat de recessievrees afnam en een klein aantal bedrijven failliet gaat. Door de daling van de risicopremie stegen de koersen van hoogrentende obligaties met 5,4%.

Inflatie gekoppelde obligaties

In Europa ligt de inflatieverwachting nog steeds ver onder de 2% doelstelling van de ECB. Deze obligaties profiteerden wel van de gedaalde rente. De inflatieverwachtingen zijn door de economische verwachtingen gedaald. Koersen liepen daardoor per saldo op met 1,2%.

‘In Duitsland was de 10 jaarsrente zelfs 0,07% negatief. Het vreemde fenomeen doet zich dan voor dat je geld aan een overheid leent en daarvoor feitelijk moet betalen.’

Koersstijging bij overheids- en bedrijfsobligaties

Koersen van zowel overheids- als bedrijfsobligaties stegen door de dalende rente. Die rente daalde doordat de ECB de economische groei neerwaarts bijstelde. Vooral in Europa daalde de rente sterk en in Duitsland was de 10 jaarsrente zelfs 0,07% negatief was. Het vreemde fenomeen doet zich dan voor dat je geld aan een overheid leent en daarvoor feitelijk moet betalen. Toch kiezen beleggers daarvoor, in ruil voor zekerheid door de sterke kredietwaardigheid van Duitsland. Overheidsobligaties stegen met 2,5%. De toename bij bedrijfsobligaties was met 3,2% nog iets hoger.

Netto rendement obligatiecategorieën

31 december 2018 t/m 31 maart 2019

0
1
2
3
4
5
6
2,5
3,2
5,4
1,2
Overheidsobligaties Europa 2,5%
Bedrijfsobligaties Europa 3,2%
Hoogrentende obligaties Europa 5,4%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 1,2%
0
2
4
6
2,5
3,2
5,4
1,2
Overheidsobligaties Europa 2,5%
Bedrijfsobligaties Europa 3,2%
Hoogrentende obligaties Europa 5,4%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 1,2%
0
1
2
3
4
5
6
2,5
3,2
5,4
1,2
Overheidsobligaties Europa 2,5%
Bedrijfsobligaties Europa 3,2%
Hoogrentende obligaties Europa 5,4%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 1,2%
0
1
2
3
4
5
6
2,5
3,2
5,4
1,2
Overheidsobligaties Europa 2,5%
Bedrijfsobligaties Europa 3,2%
Hoogrentende obligaties Europa 5,4%
Inflatie gekoppelde obligaties Europa 1,2%