Vooruitzichten aandelenmarkten

Voor de komende maanden zijn de vooruitzichten positief. De macro-economische cijfers zijn in veel landen goed en het IMF heeft recent haar verwachtingen opwaarts bijgesteld. Zo zien we een stabiele economische groei in de belangrijkste economieën. Ook trekt het consumentenvertrouwen aan en is de investeringsbereidheid bij bedrijven hoog. Is er dan geen vuiltje aan de lucht? Ja wel, er zijn zeker ook bedreigingen.

De hervormingsplannen van president Trump komen in de Verenigde Staten moeilijk van de grond en in China groeit de export minder hard. Het is de vraag of China de 6% economisch groei kan vasthouden. Verder lopen de Brexit-onderhandelingen zeer moeizaam en sluimert het conflict tussen Noord-Korea en de Verenigde Staten op de achtergrond.

Toch lijken al deze zaken de beleggingsmarkten op korte termijn niet te kunnen beïnvloeden. Voor de aandelenmarkten is de relatief sterke economische groei in veel landen doorslaggevend, ondanks de opgelopen waarderingen van bedrijven. Bovendien zijn er weinig interessante alternatieven.

Regionale verdeling aandelen

per 30 september 2017 van Wereld Portefeuille

Europa

De situatie in Europa verbetert verder. In veel landen trekt de economische groei aan. Hervormingen beginnen hun vruchten af te werken, net als de stimuleringsmaatregelen van de ECB. De rente is nog laag, zodat bedrijven gemakkelijk kunnen lenen voor investeringen of overnames.


Een zorgpunt zijn de Brexit-onderhandelingen. Na een half jaar zijn de partijen het nog steeds niet eens over de voorwaarden waaronder de onderhandelingen moeten plaatsvinden. In de speech die premier Theresa May in september gaf leek zij uit op een ruime overgangsperiode. In die periode zou het Verenigd Koninkrijk toegang moeten houden tot de Europese markt. De Europese Unie wil vooral duidelijke afspraken over de circa € 60 miljard aan betalingsverplichtingen van het Verenigd Koninkrijk aan de EU. Ook wil de EU duidelijkheid over de status van haar burgers die na de Brexit in het Verenigd Koninkrijk verblijven.


Inmiddels is de inflatie in het Verenigd Koninkrijk met 3% fors boven het gewenste niveau uitgekomen. Mogelijk moet de Bank of England voor het eerst in jaren de rente verhogen. En dat kan de economische groei in de weg zitten, geen gewenste situatie voorafgaand aan de Brexit.

Noord-Amerika

De economie in de Verenigde Staten draait al langere tijd goed. Vooral in de arbeidsmarkt is dit goed zichtbaar: het werkloosheids­percentage is gedaald tot een historisch laag niveau van 4,2%.


De winstcijfers die bedrijven voorspellen zijn ook over het algemeen positief.


Wat op termijn tegen kan vallen is dat de regering van president Trump moeite heeft om de belastingplannen door de senaat te laten goedkeuren. Deze plannen zouden voor belastingverlaging en daarmee verdere economische groei moeten zorgen. Hiermee samen valt het hervormen van het zorgstelsel (afschaffen Obama-care) waarmee Trump de uitgaven wil terugdringen. Als er geen schot in de zaak komt en de beloofde belasting­verlaging uitblijft, zou dit op termijn niet positief zijn voor de bedrijven in de Verenigde Staten.

Pacific

In de Pacific valt met name Japan op door sterke economische ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen zijn mogelijk wel kunstmatig gecreëerd, want de BoJ speelt een ongekend grote rol in de economie. Deze bank pompt maandelijks zeer grote hoeveelheden geld in de economie en houdt de rente zeer laag. Hierdoor stimuleert men de economie maximaal.


Naast obligaties koopt de Bank of Japan ook grote hoeveelheden aandelen op. Inmiddels heeft deze in bijna elke beursgenoteerde multinational een 5% aandelenbelang. Onduidelijk is hoe men deze situatie ooit weer denkt terug te draaien. Maar het doel lijkt bereikt te worden: de economie groeit, de binnenlandse consumptie trekt aan en de inflatie loopt iets op.


Zou jarenlang stimuleren dan eindelijk effect gaan hebben? Beleggers denken van wel, de vooruitzichten voor de aandelenbeleggingen zijn redelijk goed.

Opkomende landen

Landen in deze regio profiteren volop van de economische groei in westerse landen. De export draait goed en de lage rentestand zorgt voor gunstige financieringsvoorwaarden. Dit zien we terug in een gemiddeld hoge economische groei.


Daarbij zien we dat de binnenlandse vraag ook toeneemt. Dat wil zeggen dat de koopkracht van de bevolking wat stijgt en dat men meer consumeert. Bedrijven worden daardoor minder afhankelijk van de export.


In China lijken de maatregelen van de regering om speculatie op de vastgoedmarkt in te dammen, langzaam effect te sorteren. De vooruitzichten voor de opkomende landen zijn goed.