Vooruitzichten obligatiemarkten
De verschillen in rendement in het afgelopen kwartaal toont aan hoe belangrijk het is te spreiden over obligatiecategorieën. De kapitaalmarktrentes in Westerse landen staan ver onder het langjarig gemiddelde. Hierdoor reageert de rente sterk op macro-economische veranderingen. Daardoor verwachten wij meer beweeglijkheid in de obligatiebeleggingen.
Een bepaalde obligatiecategorie kan in het ene land (of regio) een positief rendement laten zien, terwijl in een ander land geen rendement behaald wordt. De specifieke macro-economische dynamiek in een land (of regio) is dus meer en meer bepalend naast de invloed die centrale banken uitoefenen met (het stoppen van) opkoopprogramma’s.
Spreiding over verschillende obligatiecategorieën vinden wij daarom nog steeds erg belangrijk.
Risicotoeslag op bedrijfsobligaties
Door de lage rente konden ondernemingen steeds goedkoper lenen; bovendien accepteren beleggers een lagere vergoeding op risicovollere obligatiebeleggingen. Ondanks dat wij niet verwachten dat er op korte termijn verandering in deze situatie optreedt, is dit wel een aandachtspunt de komende maanden.
Momenteel vinden wij bedrijfsobligaties aantrekkelijk: zowel de bedrijfsobligaties met een sterke kredietwaardigheid als de hoogrentende obligaties. De laatste categorie brengt wel een hoger risico met zich mee, maar de hogere vergoeding is momenteel erg aantrekkelijk en past bij de andere obligatiecategorieën die wij in de modelportefeuille aanhouden.
Aan inflatie gekoppelde obligaties
Door de verder aantrekkende wereldeconomie bestaat de kans dat de inflatie de komende tijd gaat oplopen. Daarom hebben wij al langere tijd aan inflatie gekoppelde obligaties in de modelportefeuille. Dit type obligaties heeft doorgaans een langere looptijd, waardoor de rentevergoeding iets hoger ligt. Deze vergoeding compenseert het hogere risico van lang lopende obligaties, die meer kwetsbaar zijn voor rentebewegingen.
Lagere weging obligatie
sWij houden al enige tijd een lagere weging aan van de beleggingscategorie obligaties. Concreet nemen wij 5% minder obligaties op dan de standaard in een beleggingsprofiel. Deze maatregel doen wij vanuit risicobeperking. Dat we de categorie obligaties als geheel een lagere weging geven, sluit goed aan bij onze keuze om binnen de categorie zelf dan weer wat meer in kansrijke, en ook soms risicovollere, andere obligaties te beleggen. Dit is dus onderdeel van ons spreidingsprincipe.
‘Wij houden al enige tijd een lagere weging aan van de beleggingscategorie obligaties’
Centrale banken
De centrale banken hebben een grote invloed op de obligatiemarkt door de opkoopprogramma’s en het kunstmatig laag houden van de rente. Voor de komende maanden verwachten we hierin weinig verandering. Wijzigingen in de vooruitzichten die de ECB periodiek afgeeft kunnen obligatiemarkten in beweging zetten. Voorlopig zien wij daarvoor weinig aanleiding. In de Verenigde Staten zal de rente dit jaar 3 tot 4 keer verhoogd gaan worden en in Japan wordt de rente laag gehouden.
Regionale verdeling obligaties
per 31 maart 2018 van Wereld Portefeuille
Europa
Voor Europa zijn de vooruitzichten goed, maar een versnelling van de groei blijft vooralsnog uit. De inflatieverwachtingen geven geen aanleiding om op korte termijn een hogere rente te verwachten. Daarbij speelt de onzekerheid over de effecten van een Brexit een rol: het Verenigd Koninkrijk omvat een groot deel van de Europese obligatiemarkt. De rente blijft voorlopig dus nog op het huidige lage niveau. Daardoor zijn de rendementsverwachtingen voor (overheids)obligaties beperkt.
Noord-Amerika
In de Verenigde Staten draait de economie op volle toeren. Ondernemingen laten goede winstcijfers zien, de arbeidsmarkt is sterk en de overheid draagt haar steentje bij met lagere belastingen en investeringsprogramma’s. De economie als geheel draait dus goed. Hierdoor hebben onverwachte economische cijfers, zoals de (stijgende) uurlonen in het eerste kwartaal, een grote invloed op de inflatieverwachting. De kapitaalmarktrente in de Verenigde Staten kan daarom de komende tijd verder oplopen. Daardoor is het rendementsperspectief voor (overheids)obligaties beperkt.
Pacific
&
Opkomende landen
In de regio’s Pacific en opkomende landen is de econo
mische groei gemiddeld sterk. De interne afzetmogelijkheden worden steeds beter en de overheidsfinanciën (en daarmee de inflatieverwachtingen) zijn onder controle. In deze regio’s zien wij vooral goede investeringskansen in obligaties uitgegeven in lokale valuta’s.