Vooruitzichten obligatiemarkten

De verschillen in rendement in het afgelopen kwartaal toont aan hoe belangrijk het is te spreiden over obligatiecategorieën. De kapitaalmarktrentes in Westerse landen staan ver onder het langjarig gemiddelde. Hierdoor reageert de rente sterk op macro-economische veranderingen. Daardoor verwachten wij meer beweeglijkheid in de obligatiebeleggingen.

Een bepaalde obligatiecategorie kan in het ene land (of regio) een positief rendement laten zien, terwijl in een ander land geen rendement behaald wordt. Spreiding over verschillende obligatiecategorieën vinden wij daarom nog steeds erg belangrijk.


Voor Europa zijn de vooruitzichten goed, maar een versnelling van de groei blijft vooralsnog uit. De inflatieverwachtingen geven geen aanleiding om op korte termijn een hogere rente te verwachten. Daarbij speelt de onzekerheid over de effecten van een Brexit een rol: het Verenigd Koninkrijk omvat een groot deel van de Europese obligatiemarkt. De rente blijft voorlopig dus nog op het huidige lage niveau. Daardoor zijn de rendementsverwachtingen voor (overheids)obligaties beperkt.

Risicotoeslag op bedrijfsobligaties

Door de lage rente konden ondernemingen steeds goedkoper lenen; bovendien accepteren beleggers een lagere vergoeding op risicovollere obligatiebeleggingen.


Momenteel vinden wij bedrijfsobligaties aantrekkelijk: zowel de bedrijfsobligaties met een sterke kredietwaardigheid als de hoogrentende obligaties. De laatste categorie brengt wel een hoger risico met zich mee, maar de hogere vergoeding is momenteel erg aantrekkelijk en past bij de andere obligatiecategorieën die wij in de modelportefeuille aanhouden.

Aan inflatie gekoppelde obligaties

Door de verder aantrekkende wereldeconomie bestaat de kans dat de inflatie de komende tijd gaat oplopen. Daarom hebben wij al langere tijd aan inflatie gekoppelde obligaties in de modelportefeuille. Dit type obligaties heeft doorgaans een langere looptijd, waardoor de rentevergoeding iets hoger ligt. Deze vergoeding compenseert het hogere risico van lang lopende obligaties, die meer kwetsbaar zijn voor rentebewegingen.

Lagere weging obligaties

Wij houden al enige tijd een lagere weging aan van de beleggingscategorie obligaties. Concreet nemen wij 5% minder obligaties op dan de standaard in een beleggingsprofiel. Deze maatregel doen wij vanuit risicobeperking. Dat we de categorie obligaties als geheel een lagere weging geven, sluit goed aan bij onze keuze om binnen de categorie zelf dan weer wat meer in kansrijke, en ook soms risicovollere, andere obligaties te beleggen. Dit is dus onderdeel van ons spreidingsprincipe.

‘Wij houden al enige tijd een lagere weging aan van de beleggingscategorie obligaties’

Centrale banken

De centrale banken hebben een grote invloed op de obligatiemarkt door de opkoopprogramma’s en het kunstmatig laag houden van de rente. Voor de komende maanden verwachten we hierin weinig verandering. In de Verenigde Staten zal de rente dit jaar 3 tot 4 keer verhoogd gaan worden en in Japan wordt de rente laag gehouden.

Regionale verdeling obligaties

per 31 maart 2018 van Europa Portefeuille