Negatief rendement op de obligatiemarkten
De meeste obligatiebeleggingen stonden dit kwartaal onder druk. Alleen de hoogrentende obligaties behaalden een positief rendement. Beleggers namen dit kwartaal iets meer risico; hierdoor daalde de vraag naar overheidsobligaties en daarmee het rendement. Daarnaast waren er minder zorgen over een oplopende inflatie, daardoor daalden de aan inflatie gekoppelde obligaties het hardst.
Hoogrentende obligaties
Doordat de kapitaalmarktrente steeg, zochten beleggers naar alternatieven. De hoge rentebetalingen op dit soort obligaties zijn dan aantrekkelijk. Daarbij is de risico-opslag niet verder gestegen, wat ook bijdroeg aan het rendement.
Het rendement op hoogrentende obligaties was dit kwartaal 1,7%. Daarmee was dit de best presterende obligatiecategorie.
Koersen bedrijfsobligaties stabiel
De koersen van bedrijfsobligaties zijn dit kwartaal gemiddeld ongewijzigd gebleven. Ook voor deze obligaties geldt dat de risico-opslag niet gewijzigd is.
Overheidsobligaties
In Europa is het renteniveau iets gestegen door de onzekerheden over de begroting van Italië. Een hoger begrotingstekort kan ertoe leiden dat de rente nog verder stijgt als de staatschuld van Italië te veel oploopt. Daarnaast dreigt een conflict met Brussel als Italië zich niet aan de begrotingsafspraken houdt. Op overheidsobligaties was het rendement 1% negatief.